
2. Scenario-denken op basis van toedracht.
Mensen vertellen elkaar verhalen. Verhalen gaan over wat er gebeurde en welke gevolgen dat had. De eerste methode van scenario-denken lijkt op deze manier van verhalen vertellen. We bedenken eerst wat er kan gebeuren. Daarna schatten we de impact in.
De Ja én methode
Trainers geven een toelichting op de “Ja én” methode.
Dit is een leuke en speelse manier om samen een verhaal te maken.
In de training gebruiken we de “Ja én” methode om een scenario te bedenken. We starten met de aangetroffen situatie en maken een verhaal over wat er nog meer zou kunnen gebeuren.
We beginnen met de volgende aangetroffen situatie:
AANGETROFFEN SITUATIE
De gemeenten zijn de aandeelhouders van Stedin. Vanwege de energie – transitie wilde Stedin meer investeren in een robuuster netwerk, maar dit is afgewezen door de aandeelhoudervergadering.
In vleugel F van een ziekenhuis is de stroom uitgevallen. IC patiënten worden verplaats naar een andere vleugel.
Breakout sessies 2
De trainer bepaalt de volgorde van reageren.
We warmen op met een tel-spel.
Iedere deelnemer mag een keer beginnen. Wat is de eerste “ja én” zin die in je opkomt. De volgende vult het verhaal aan. Probeer in het verhaal van je voorganger te blijven. Als het verhaal opdroogt beginnen we gewoon weer met een nieuw verhaal.
De trainer vat de scenario’s samen en wat de impact daarvan is. Op basis waarvan zou je kunnen herkennen dat dit verzonnen scenario ook werkelijkheid wordt? Dat is de “kritische indicator”.
Welke maatregel tref je als het scenario werkelijkheid wordt. Doe je dat nu al, of wacht je daarmee tot de kritische indicator wordt overschreden?
Belopdracht 2
Kijk in de mail wie je gaat bellen. Vertel je collega over de scenario’s die je bedacht hebt in je groep. Uitloop in de pauze.
Navigatie:
VOORUIT naar 3: scenario-denken op basis van impact.
TERUG naar 1: Doelen delen.